chemie, 6-12
Ik begrijp oefening 6-12 ( cursus van vorig jaar p 74) niet zo goed. A) als een twee keer kleinere kolf wordt gebruikt wordt voor dezelfde hoeveelheid beginproducten, verviervoudigd de reactiesnelheid.
Reactiesnelheid wordt bepaalt door aantal effectieve botsing, die neemt toe met toenemende concentratie van de reagens. Als men volume halveert, dus volume 2= 250ml. Dan neemt de concentratie toe. V1= 1.10^-5 V2= 8. 10^-5
Het is maal acht en niet maal vier. Dan zou A moeten fout zijn?
B) Als de ingezette hoeveelheid H2 verdubbelt, verdubbelt ook de reactiesnelheid. Het klopt want V verloopt volgens eerste orde kinetiek voor H2
C) reactie zal stilvallen als de twee gassen volledig verbruikt zijn.
Kan het kloppen of niet? Want bij een evenwichtsreactie zal het niet kunnen aangezien er continue reagens wordt omgezet in producten en omgekeerd ook. Bij een aflopende reactie kan het toch gebeuren dat de reagens opgebruikt zijn?
V=k. (A).(B) als de concentratie van A en B opgebruikt zijn, nul zijn dan krijgen we v=k.nul wat nul geeft?
D) De reactiesnelheid daalt in de koop van de tijd. Tweede orde reactie heeft een kwadratische verloop die daalt in functie van de tijd. En daarom is deze uitspraak juist?
Ik snap niet wat ik fout heb gedaan. Zo kom ik dat zowel A als C fout zijn?
Kan iemand me hierbij helpen?
Alvast bedankt